Ik observeer steeds meer, maar schrijf steeds minder op. Misschien heeft een en ander te maken met de buikademhalingen dankzij dewelke mijn kine mij heeft teruggebracht naar de essentie van het leven: rust. Geef me tien minuten en ik ben wèg. Weg van de snelweg en van andere neurostrades die ik frequenteer. De buik is een ballon die goed verstopt zit in je lichaam. Pomp hem op en je kan stoom aflaten.
Ik zie veel, maar ik kijk niet echt meer. Het kijken heeft me hondsmoe gemaakt. Dit is een zintuiglijke wet. Ik hoor vanalles, maar ik luister niet meer. Of toch, laat op de avond, als de rust is ingetreden, begin ik te luisteren naar de stilte in de kamer. De cd met zeegeluiden is mijn vriend geworden. De muziek trekt me over de pootjebadendrempel. Eens alleen nog je hoofd contact maakt met de lucht, gaat alles vanzelf.
Er zijn boekhandels die niets anders doen dan handelen in boeken. Preciezer nog, die handelen in het verkopen van zoveel mogelijk boeken. Het is een trieste evolutie die niets of niemand spaart. In Het Paard van Troje zocht ik onlangs vergeefs naar de nieuwe vertaling van Marcel Prousts Swanns kant op. Doe geen moeite. De bibliofiel is naar de keuken gevlucht. Byebye Paard. In de Fnac hetzelfde verhaal. Stapels oude wijn in nieuwe zakken, maar geen nieuwe oude Proust. Warempel, nog één exemplaar van Tom Kristensens Vernieling, een Deense zuiproman uit de jaren '30 van de vorige eeuw. Op het nippertje gedelibereerd.
Ik zie, ik zie wat jij niet ziet. Niet wil zien. Niet kan zien. Niet durft zien. De bedelaars die je kuiten kietelen. De woede van de armoede, ingehouden en waardig zoals alleen armlastigen dat kunnen. Ik zie parkeerschijfgymnastiek, beoefend door dames die na de worp blijven rondzeulen met zwangerschapsvet dat vakkundig verstopt zit achter wijde broeken en brede tafels terwijl ze on speaking terms zijn met de kletshoorn op hun kop.
Ik zie dat dit weblog door de jaren heen inhoudelijk sterk is opgeschoven, alleen weet ik niet precies waarheen en nog minder waarom. Op zich is dat geen slecht nieuws, want een karikatuur worden van mezelf is het laatste dat ik wil. In den beginne wilde ik de wereld en daarbuiten helemaal omspitten. Ik hield me aan een strak tempo van minstens 1 schrijfstuk per dag. Zo dacht ik de wereld en het leven op te sluiten in mijn vangnet van inkt en vitriool. Gelukkig maakte de dadendrang een stap opzij en liet de schrijfkunst binnen. Het schrijven om het schrijven is een voorrecht. Het is schrijven zonder plan. Puur op de tast en de inval van het moment. Zo schrijf ik tegenwoordig. Ik blog niet meer. Het voelt goed aan. Niets moet, alles mag. Vroeger moest alles, want niet schrijven was niet bestaan. Dacht ik. Hoezeer heb ik me vergist!
Ik ben in mijn blog opgeklommen - niet afgedaald - tot het niveau van bespiegelingen. Bespiegelingen confronteren me met mezelf. Spiegeltje, spiegeltje. Zachte zou-het-niet-jes in plaats van harde en dogmatische het-is-zo'tjes. Ik wil anderen niet langer genezen. Bloggen is zelftherapie. Zo zou het bij iedereen moeten zijn die de blogpen in de hand neemt.
Neurostrades, kletshoorn... Briljant! Dank voor het delen van deze bespiegelingen.
Geplaatst door: Frans Fluitsma | 18 juli 2015 om 10:33 vm
Jij bedankt!
Geplaatst door: MELANCHOLIA | 20 juli 2015 om 09:47 nm